Speed pedelecs komen in alle vormen en maten, maar lijken uiteindelijk toch allemaal heel erg op elkaar … behalve de Ellio, want die is uniek. Met zijn kleine wielen, dik lijfje, oversized voorste tandwiel, twee riemen én twee motoren kan je deze honderd procent Belgische fabrikant alvast niet verwijten een grijze muis te hebben gebaard. Op het waarom van dit alles komen we later in detail terug, maar we geven alvast mee dat oprichters Jorrit en Tomas de mosterd hebben gehaald bij de automobielsector en daarenboven hun pijlen richten op al wie op zoek is naar een waardig alternatief voor de wagen. Of ze daarin geslaagd zijn, zochten we graag voor je uit.
Een gedurfd en uniek concept
Ellio heeft een mooie blog gemaakt waarin alle technische eigenaardigheden van deze bijzondere fiets haarfijn uit de doeken worden gedaan. We vatten het voor je samen en beginnen bij het hart van het concept: het zogenaamde power split device of PSD. Deze oplossing, overgenomen van Toyota, biedt een traploze versnelling en laat het motortoerental variëren in functie van de door de fietser ingestelde trapfrequentie zodat beide altijd in balans zijn met de snelheid van het achterwiel. In mensentaal: jij hoeft gewoon een voor jou prettige cadans te trappen, terwijl het PSD en de in eigen huis ontwikkelde software ervoor zorgen dat de fiets de snelheid bereikt en aanhoudt in functie van je eigen inbreng, en dat zonder dat je hoeft te schakelen. Het aandrijvingssysteem werkt met twee onderhoudsvriendelijke riemen en bevat niet één maar twee motoren, die slim worden aangestuurd zodat deze pionier in het segment een heuse een all wheel drive fiets wordt. Ook heeft deze speed pedelec cruise control en remenergie recuperatie aan boord. Dat vergt verdere uitleg!
In de blog worden niet alleen de vele voordelen van deze unieke set-up uitgelegd, ook de nadelen worden besproken en de maatregelen die het jonge bedrijf bedacht om die onvolmaaktheden zo veel mogelijk te minimaliseren. De kritische lezer start al gauw een zoektocht naar de spreekwoordelijke kip en ei, want oorzaak en gevolg vloeien schijnbaar in elkaar over. Zo lijkt de tweede motor niet zozeer ingebouwd te zijn om de tractie te optimaliseren (want de kracht verdelen over 2 wielen is beter), maar vooral om op hellingen te kunnen vertrekken want dat is een zwakte van het PSD concept. De keuze voor de kleine 20” wielen wordt toegeschreven aan het verlangen om meer stabiliteit en comfort te bekomen, maar toch vooral om – overigens geheel terecht – het zwaartepunt van de zo maar even 38kg zware fiets zo laag mogelijk te houden. Op zich maakt het helemaal niet uit welk verhaal nu precies achter elk van de componenten schuilt: wat telt is hoe de fiets in de praktijk presteert.
No sweat
En presteren doet deze Ellio. Onze testfiets blijkt zowaar aanspraak te maken op de titel van ideale pendelfiets, want geen enkele tweewieler met trappers bleek ons tot op heden sneller op ons referentietraject van A naar B te kunnen brengen. Tussen Huldenberg en Steenokkerzeel (28km en 260 hoogtemeters) haalden we consequent een bewegingsgemiddelde van net geen 40km/u. Dat is ronduit indrukwekkend, zeker als je weet dat we na de rit geen behoefte hadden aan een douche. Is de Ellio in die zin een alternatief voor de auto? Absoluut! De snelheidsregelaar laat je bovendien toe een snelheid vast te houden waarbij je eigen inbreng beperkt blijft tot wat we zouden omschrijven als ‘doen alsof’. Erg fijn, maar het gaf ons bij momenten ook wat een schuldig gevoel. De grens tussen fiets en bromfiets wordt zo wel heel erg dun. Meer dan eens hadden we ’s avonds niet het gevoel te hebben gefietst, dus sprongen we alsnog op de koersfiets voor een work-out …
In het concept van de Ellio worden de vele (en zware) onderdelen geconcentreerd tussen de twee kleine, maar brede wielen. Zo wordt het zwaartepunt laag gehouden wat dan weer een verrassend vinnige fiets oplevert bij stapvoetse manoeuvres en zelfs aan de hand, terwijl de stabiliteit bij hoge snelheden prima blijft. Motorrijders zullen begrijpen waarover we spreken als we hier een parallel trekken met motorfietsen met een boxer als krachtbron. Keerzijde van dit concept is wel dat er geen plaats meer was voor een klassieke vering. Dat is niet zo uitzonderlijk in dit segment, doch Ellio biedt wel een (optionele) stuur- en zadelpen aan met geïntegreerde parallellogramvering. Vooral het exemplaar in het stuur blijkt geen alternatief voor een echte geveerde voorvork. Op hoge snelheid verteert de fiets diepe putten en borduren onvoldoende en geeft het systeem zelfs een venijnige rebound; je moet als bestuurder echt wel bij de pinken zijn op zo’n momenten of je dreigt de controle te verliezen.
Geen klimgeit
Ellio maakt er geen geheim van dat het haar fiets ontwierp om te pendelen en niet om te reizen. Men koos de overbrengingsverhoudingen met het oog op het efficiënt aanhouden van hoge snelheden op het vlakke, niet op het overwinnen van lange hellingen. Daarnaast speelt het feit dat de fiets amper op eigen kracht in beweging kan gehouden worden – op de limp home mode na – niet in de kaart van de avonturier. Dat is op zich geen bezwaar want Ellio communiceert hierover erg transparant. De limp home mode zorgt er voor dat net voor de batterij helemaal leeg is, er nog voldoende energie bewaard blijft om “onbeperkt” te blijven voortbewegen zonder voelbare assistentie van de motor. Het systeem van de Ellio heeft namelijk altijd een minimum van input van de motor nodig om te kunnen werken; enkel en alleen met de trappers fietsen is onmogelijk omwille van de verplichte drievuldige balans tussen pedalen, achterwiel en motor, verder in de review meer hierover.
Waar de fiets echter wel wat door de mand valt, is bij het nemen van hellingen met hoog stijgingspercentage. Dit uit zich op twee vlakken: Ten eerste is het quasi onmogelijk om te vertrekken op een helling van 10% of meer. Een software update zou hier zeer binnenkort een oplossing voor moeten bieden. Ten tweede verliest de fiets gaandeweg vermogen bij de meest uitdagende helling op ons traject, de sinds het WK wielrennen beroemde Smeysberg (tot 18%). Zelfs als je op volle snelheid deze helling aanvat, is het onbegonnen werk om de top te bereiken. Het heeft ook geen zin om zelf een massa vermogen op de trappers te zetten, want het systeem maakt snel duidelijk dat het hier niet voor is gemaakt. Geen enkele speed pedelec houdt van een flinke col, maar de Ellio is wel de eerste waar steile hellingen écht een probleem vormen.
Gelukkig kan je de meeste hellingen in België omzeilen door minder uitdagende exemplaren en als die minder dan 10% stijgen, worden ze door de Ellio zonder morren verteerd, zeker als je tijdig de snelheidsregelaar activeert. Het verbruik valt op ons best heuvelachtig traject relatief goed mee: de 1150Wh batterij staat ins ons geval garant voor maximum 60km op maximale ondersteuning. Ellio claimt een bereik van 80km in die stand, maar dat zal allicht op een vlak traject zijn en met gunstigere winden. Wij hadden steeds net geen 50% batterijcapaciteit over na de enkele rit op ons referentietraject van 28km, dus we hebben de batterij doorheen de dag wel steeds bijgeladen. Zoals aangehaald kan de Ellio remenergie terug recupereren en dat is uniek, maar verwacht niet dezelfde remkracht op de motoren als bij een elektrische auto. De batterij kan simpelweg niet voldoende snel de energie opslagen die je potentieel zou kunnen genereren. Gelukkig heeft deze Ellio ook klassieke schijfremmen van Star Union aan boord, en die kwijten zich voortreffelijk van hun taak.
Afwerking en uitrusting
Dat bijladen gebeurt bewust niet via een snellader om de levensduur van de batterij te verlengen. Je kan de batterij op de fiets laden of nadat je hem er via een handig handvat met ingebouwd slot hebt afgenomen. De lader maakte tijdens onze test wel wat lawaai door de ingebouwde ventilator. Maar volgens de mensen bij Ellio kregen wij een ouder model van de lader. De lader die vandaag standaard meegeleverd wordt bij een Ellio fiets heeft een iets hogere laadstroom en vooral geen ventilator. Reken toch op 7u om de batterij volledig op te laden wanneer hij leeg is, wat best lang is.
Het Leuvense bedrijf assembleert de fiets zelf en bouwt zo veel mogelijk eigen onderdelen. Het frame is uniek voor dit model en ziet er stevig uit, maar de afwerking van de lasnaden moet beter kunnen in dit segment. De uitrusting is correct, al kwamen we al speed pedelecs tegen met een betere koplamp dan deze Roxim Z4E Pro (900 lumen) en een standaard middenbok. Het display oogt sober, maar is goed leesbaar. De interface van het display is duidelijk en compleet, maar heeft volgens ons nog veel groeipotentieel. Zo is er geen sprake van connectiviteit met je smartphone of gps-horloge, is de cruise control wat knullig uitgevoerd (het is onduidelijk welke snelheid je precies hebt geselecteerd) en krijg je geen feedback over het vermogen dat je zelf inbrengt.
Deze speed pedelec moet een marktconforme € 7.000 kosten wanneer je voor de full-option versie opteert met een maximale snelheid van 45km/u en is verkrijgbaar in een blauwe, witte of rode uitvoering. Je krijgt voor dat bedrag naast de verplichte spiegel, verlichting en dergelijke meer ook een bagagerek, Schwalbe Supermoto-X banden met anti-lek bescherming, zadel- en stuurpen vering en zowel een fietsbel als een echte claxon (handig als tragere medeweggebruikers écht niet aan de kant willen gaan). Onze uitvoering kwam met een verhoogd comfort stuur, wat toelaat lekker rechtop te zitten, maar we zouden ook graag de Sport versie met lagere stuurpen zonder vering aan de tand willen voelen om na te gaan of die afmontage beter overweg kan met de vele putten op ons traject. En misschien ziet die er ook wat leuker uit, want het hoog boven het frame uittorende zadel en stuur zien er stukken vreemder uit dan dat het aanvoelt eens je op de fiets zit.
Conclusie
Het bedrijf achter de Ellio is 100% Belgisch, maakt een groot deel van de onderdelen die er toe doen zelf en steekt heel veel tijd in productverbetering via regelmatige software-updates waarbij het echt luistert naar wat de verrassend grote en erg constructieve gebruikersgroep op social media te vertellen heeft. Dat is sowieso al een sterk argument om deze jonge aanbieder uit eigen land serieus in overweging te nemen. Desalniettemin is de Ellio een fiets van uitersten: Het concept is geniaal in de meeste omstandigheden, maar verdomd irritant op steile hellingen. Aan de ene kant een heerlijk stabiele en fijngevoelige stuurfiets, maar aan de andere kant teleurstellend op pokdalig wegdek. Hij heeft all-wheel drive maar blijkt geen fan van onverharde wegen. De Ellio vormt een brede grijns op het gezicht van de bestuurder terwijl hij verwarde blikken uitlokt bij al wie hem op zijn pad kruist. Maar de allerbelangrijkste tegenstelling bewaren we als afsluiter: zo groot de twijfel was vóór de test, zo erg missen we de Ellio erna. Trouwens, de enige andere pendelende fietser die in staat bleek om ons te volgen doorheen deze testperiode was … een andere Ellio.