Het fenomeen is nog niet helemaal ingeburgerd, maar daarom zijn ze niet minder leuk, de gravel rides. Fietstochten over onverharde wegen en asfalt, à la Strade Bianche. En alsof de duivel ermee gemoeid is. Vijf weken aan een stuk regende het. Welgeteld 3 dagen voor de Lumberjack Gravel Ride, een organisatie van AlloVélo en Café Coureur, was het even droog. De dag zelf wordt er regen en sneeuw voorspeld. Dat allemaal bij temperaturen rond het vriespunt. We laten ons niet ontmoedigen en laden de fietsen in de auto. Warme kleren en goed eten moeten ons beschermen. Onverharde wegen in een gezellige sfeer staan ons te wachten.
“Al 5 weken aan een stuk regent het. Het gaat zwaar worden,” verwittigt initiatiefnemer Bart Gregoor van Café Coureur ons. De Lumberjack Gravel ride, dat is 50 of 100 kilometer over grotendeels onverharde wegen en iedereen draagt een geruiten overhemd, verwijzend naar de Lumberjack (houthakker, red.). De meeste kilometers worden gereden in en rond Nationaal Park Hoge Kempen, maar vertrekken doen we in Bilzen.
Na amper een dikke kilometer door het centrum van Bilzen komen we aan het eerste klimmetje waar direct op wordt doorgetrokken. De eerste groep lijkt er zin in te hebben want zij geven het volle pond. Zelf willen we ons niet opblazen en rijden we aan een degelijk tempo naar boven. Op naar de eerste onverharde zone. Parijs-Roubaixgewijs wordt er versneld naar aanloop van die zone. Het moment is aangebroken om onze Koga Colmaro Allroad te testen, het resultaat daarvan kan je hier overigens lezen, met dank aan onze vrienden van de VéloSoigneur. In dan nog een redelijk groot peloton rijden we over een paadje waar het gras al wat is platgereden door de renners die de 100 kilometer aandurfden.
Het peloton wordt een eerste keer uit elkaar gereden op een lange grindweg rechtdoor. Het doet wat denken aan het bos van Wallers, de legendarische passage in Paris-Roubaix. De “Boonens” en “Cancellaras” razen ons voorbij. Door hun snelheid rijden ze rechtdoor waar onze GPS zegt dat we links moeten afslaan. Daardoor komt de hele groep terug samen. Doordat er niet altijd evenveel wegwijzers ophangen, wordt er wel vaker even verkeerd gereden, maar door het samenhorigheidsgevoel van iedereen wordt dat telkens snel rechtgezet.
Het begint te regenen. Het was al koud, maar wie vaker in de winter fietst weet dat je meestal zonder de hartslag de hoogte in te jagen amper kou hebt op de fiets. Door de regen veranderen de onverharde wegen in echte modderpoelen. We wanen ons Wout en Mathieu in een legendarische cyclocross als Loenhout. Het is afzien in de lange stroken modder bergop, maar o zo fijn. De modderige boswegen worden net genoeg afgewisseld door mooie asfaltstroken. Sommigen doen daar een inspanning om een groepje op te schuiven, de meerderheid recupereert. Na 30 km brengt een lang stuk fietspad bergaf ons naar de bevoorrading in Zutendaal. “Snel een soepje en sportdrankje en terug de fiets op,” beslissen we. Stilstaan betekent kou lijden, ook al beschermen de tentjes ons tegen de ondertussen smeltende sneeuw.
Het tweede deel is wat meer bergop en nog meer offroadwegen. Dat doet deugd, want al stonden we maar 5 minuten stil, de kou begint zijn tol te eisen. Van pelotonnetjes is geen sprake meer. Iedereen lijkt z’n eigen tempo gevonden te hebben. Ons tempo ligt laag, maar zoveel temeer kunnen we genieten van het parcours. Even denken we in de Ardennen op een mountainbikeparcours rijden; zo mooi is het in de bossen, maar ook zwaar.
We moeten het tempo wat de hoogte in jagen want het begint donker te worden. Nog 10 kilometer en het begint te schemeren. De laatste onverharde stroken zijn lichtjes bergop en wind tegen. We voelen de krampen opkomen, maar we zijn er bijna. De laatste 500 meter zijn bergaf tot in het centrum van Bilzen. We beslissen om ons snel om te kleden en gratis hamburger en Kwaremont te gaan ophalen. De sfeer bij AlloVélo is goed. Mensen staan rustig wat te eten of te drinken rond de verschillende welgekomen vuurkorven. Terwijl de avond valt, wordt er nagekaart over de tocht. Dat was het dan, de Lumberjack Gravel Ride.
© Tekst en atletisch vermogen: Kasseivreters | Foto’s: Erwin Deckers Fotografie & Kris Pauli